Kerkliedwiki bundels.png
Kerkliedwiki wijst je de weg naar meer dan 10.000 liederen!

Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.

Meer weten of vragen over Kerkliedwiki? info@kerkmuzieknetwerk.nl
Kerkliedwiki bundels.png Kerkliedwiki wijst je de weg naar meer dan 10.000 liederen! Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.

Op Liturgiewerkplaats.nl bieden we je inspiratie en concrete tips rond kerkmuziek en vieren Abonneer je op de nieuwsbrief.

Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas. Meer weten of vragen over Kerkliedwiki? info@kerkmuzieknetwerk.nl

Knocking, knocking, who is there?

Uit Kerkliedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken
Dit lied is niet te vinden in één van de veelgebruikte liedbundels.
Mogelijk staat het wel in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Knocking, knocking, who is there?
Knocking, Knocking, Who is There?
Vorm Strofelied
Herkomst
Taal Engels
Land Verenigde Staten
Periode 1871
Tekst
Dichter Harriet Beecher Stowe
Onbekend
Bijbelplaats Openbaring 3:20
Metrisch 7-7-8-7-8-7
Muziek
Componist George Frederick Root
Melodie Knocking, knocking, who is there (Root)
Solmisatie 3-3-3-3-5-4-3-2-2-2-2-4-3-2
Liedbundels
Gospel Hymns 648
Sacred Songs & Solos 422

Knocking, knocking, who is there? is een bewerking door een onbekende van een veel langer gedicht van Harriet Stowe-Beecher (1811-1896): Knocking. Het lied heeft een melodie van George Frederick Root (1820-1895).

Vertalingen

Het lied is vertaald door

Opname beluisteren

Tekst

Knocking, Knocking, Who is There?
1 Knocking, knocking, who is there?
Waiting, waiting, oh, how fair!
’Tis a Pilgrim, strange and kingly,
Never such was seen before;
Ah! my soul, for such a wonder
Wilt thou not undo the door?

2 Knocking, knocking, still He’s there,
Waiting, waiting, wondrous fair;
But the door is hard to open,
For the weeds and ivy vine,
With their dark and clinging tendrils,
Ever round the hinges twine.

3 Knocking, knocking, — what! still there?
Waiting, waiting, grand and fair;
Yes, the pierced hand still knocketh,
And beneath the crowned hair
Beam the patient eyes, so tender,
Of thy Saviour, waiting there.

Ontstaan

  • Het lied is gebaseerd op het gedicht Knocking van Harriet Stowe-Beecher (Religious Poems, Boston: Ticknor and Fields, 1867, p. 10-14). Oudere uitgaven vermelden de bron: “Words adapted from a poem by Mrs. Stowe.”
  • Voor zover te achterhalen duikt het lied voor het eerst op in P.P. Bliss, The Charm. A Collection of Sunday School Music, Chicago: Published by Root & Cady, [1871], p. 52. De bewerker van het gedicht zal dus waarschijnlijk uit de kringen van Root in Chicago afkomstig zijn.

Inhoud

Het lied heeft, evenals het oorspronkelijke gedicht, Openbaring 3: 20 als motto. Het lied is een voorbeeld van de vloeiende overgang tussen liederen voor kinderen en voor volwassenen die kenmerkend is voor de Angelsaksische evangelie-liederen.

Muziek

Hymnologische informatie

Externe links