Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Die in de hoogte woont
Mogelijk staat het ook in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Die in de hoogte woont De verheerlijking | |
Vorm | Strofelied |
Herkomst | |
Taal | Nederlands |
Land | Nederland |
Periode | 1962 |
Tekst | |
Dichter | Muus Jacobse |
Bijbelplaats | Matteüs 17:1-9 |
Metrisch | 6-6-6-6-4 |
Muziek | |
Componist | Wim Kloppenburg |
Solmisatie | 1-6-1-2-3-2 |
Gebruik | |
Kerkelijk jaar | Veertigdagentijd Reminiscere |
Liedbundels | |
Zingt Jubilate 325 | |
Zingend Geloven 1-18 |
Die in de hoogte woont is een lied van Muus Jacobse, getoonzet door Wim Kloppenburg en bedoeld voor de tweede zondag in de Veertigdagentijd Reminiscere.
Tekst
Om te beginnen een citaat van Ad den Besten: 'Muus Jacobse kende het verlangen dat hen (i.c. de christelijke gemeente) dreef naar een aardse vervulling van het visioen dat mensen 'op de berg' in zinsverrukking hebben aanschouwd'.
Deze zinsverrukking van mensen op de berg is herkenbaar in dit lied. Het verhaal van de verheerlijking wordt persoonlijke poëzie, die nochtans voor de gemeente als totaliteit herkenbaar blijft. De vier vijfregelige strofen laten di zien. De bijbelse motieven worden concreet en persoonlijk. Daarom wordt niet gerept over Petrus, Jacobus of Johannes als ooggetuigen van de verheerlijking op de berg. Het wordt - in dit lied - 'aan ons' getoond (strofe 1) en 'tot uw heerlijkheid / zijn wij te vroeg ontwaakt' (strofe 2). De zingende gemeente wordt als het ware gedwongen zich te identificeren met de apostelen. Wij zijn met en in de plaats van hen mede-ooggetuigen.
Het rijmschema (a b a b a) is in zoverre bijzonder, dat de vijfde regel in elke strofe apart lijkt te staan. In de tekst wordt dat ook duidelijk. De regels 'Dit is mijn Zoon' (strofe 1), 'Heer - dat Gij lijdt?' (strofe 2) en de variant uit strofe 4 'Heer, als Gij lijdt' rijmen wel met de voorgaande regels, maar staan toch op zichzelf. (Bron: toelichting geparafraseerd overgenomen uit 'Documentatieblad bij Zingend Geloven, nr. I-18.)
Melodie
De melodische lijnen van deze mixolydische melodie in d, met a-dorische trekjes, werden voornamelijk ingegeven door het rijmschema: de a-regels hebben een bewegende, stijgende lijn, en grotere interval-sprongen. De b-regels bestaan hoofdzakelijk uit een antwoordende, diatonische dalende lijn. De wijs omvat een sext (e - c). Het ritme is in de eerste vier regels gelijk: halve - vier kwarten - halve. De vijfde regel heeft een syncopisch ritme.
Literatuur
In 'Organist & Eredienst', feb.1999, blz.26 schreven W. Pendrecht en W.Kloppenburg een toelichting bij dit lied.