Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Als gij naar de woorden luistert
Mogelijk staat het ook in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Als gij naar de woorden luistert | |
Vorm | Strofelied |
Herkomst | |
Taal | Nederlands |
Land | Nederland |
Periode | 20e eeuw |
Tekst | |
Dichter | Henk Jongerius |
Bijbelplaats | Psalm 119:105 Johannes 14 Deuteronomium 6 |
Metrisch | 8-7-8-7 |
Muziek | |
Componist | David Gregor Corner |
Melodie | Omni Die |
Herkomst | Corner's Gesangbuch, 1631 |
Solmisatie | 1-1-2-1-3-5-4-3 |
Gebruik | |
Liturgie | Rond de Schriften |
Liedbundels | |
Zingt Jubilate 739 | |
24 Kerkliederen 10 | |
Petrus & Paulusbundel 165 | |
Liedbundel met Bijbellezingen 135 | |
Voor wie gedenken 317 |
Henk Jongerius schreef dit lied op een melodie van David Gregor Corner (1585-1648), en gaf het de titel Als gij naar de woorden luistert mee.
Inhoud
Tekst
De dichter heeft elk van de vier strofen gebaseerd op gedeelten uit de Schrift. De eerste strofe spreekt van het woord, dat licht ontsteekt om de goede weg te kunnen wijzen. Dit is ontleend aan Psalm 119: 105, waar staat 'Een lamp voor mijn voet is uw woord, een schijnend licht op mijn pad'. De tweede strofe zingt over 'woorden, die van Mij geschreven staan'. "Mij" is Jezus Christus. De derde strofe zingt over de woorden van Jezus die ons de Vader zullen tonen (Joh. 14). De vierde strofe is een samenvatting van de blijde boodschap. Wij zullen herboren worden tot Gods Zon en wij zullen Gods Geest mogen ademen.
Ontstaan
Inhoud
De beginregels van de strofen luiden (conform het in 2016 verschenen verzamelwerk Voor wie gedenken):
- 1/2. Als je naar de woorden luistert
- 3/4. Als je naar mijn woorden luistert
Muziek
De muziek van dit lied komt uit het 'Gesangbuch' van David Gregor Corner.
Literatuur
Ad de Keyzer bespreekt dit lied in Tussen de regels : commentaar bij een twintigtal liturgische gezangen, p. 53-55.