Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Waartoe toch al dat angstig schromen?: verschil tussen versies
(→Muziekuitgaven) |
k |
||
(3 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
{{Infobox lied | {{Infobox lied | ||
− | |||
|beginregel=Waartoe toch al dat angstig schromen | |beginregel=Waartoe toch al dat angstig schromen | ||
|genre=Strofelied | |genre=Strofelied | ||
Regel 8: | Regel 7: | ||
|periode=vroeg 19 e eeuw | |periode=vroeg 19 e eeuw | ||
|dichter1=Rhijnvis Feith | |dichter1=Rhijnvis Feith | ||
+ | |componist2=Johann Heinrich Böhner | ||
+ | |componist2-v=b | ||
+ | |melodie2=Komm, lass uns Jesum sterben sehen | ||
|herkomst melodie1=Evangelische Gezangen 1806 | |herkomst melodie1=Evangelische Gezangen 1806 | ||
+ | |Liedbundels={{Ld lb|Hervormde Bundel 1938|160}}{{Ld lb|Evangelische Gezangen|54}}{{Ld lb|Geestelijke Liederenschat 1935|53}} | ||
}} | }} | ||
'''Waartoe toch al dat angstig schromen?''' is een lied geschreven door [[Rhijnvis Feith]] (1753-1824) en in eerste instantie al flink bewerkt door de redactie van de Evangelische Gezangen van 1806. Het kreeg daar een 'eigene zangwijze'. De componist is onbekend.<br /> | '''Waartoe toch al dat angstig schromen?''' is een lied geschreven door [[Rhijnvis Feith]] (1753-1824) en in eerste instantie al flink bewerkt door de redactie van de Evangelische Gezangen van 1806. Het kreeg daar een 'eigene zangwijze'. De componist is onbekend.<br /> | ||
− | Voor de [[Hervormde Bundel 1938]] is de tekst opnieuw 'zeer gewijzigd' en twee verzen ingekort. In het [[Liedboek voor de kerken]] bleven het eerste en laatste couplet over in een nieuwe bewerking met als beginregel [[Mijn ziel, waartoe dit angstig vrezen]] (450). | + | Voor de [[Hervormde Bundel 1938]] is de tekst opnieuw 'zeer gewijzigd' en twee verzen ingekort. In het [[Liedboek voor de kerken]] bleven het eerste en laatste couplet over in een nieuwe bewerking met als beginregel [[Mijn ziel, waartoe dit angstig vrezen]] (450). |
+ | De [[Geestrelijke Liederenschat 1935]] heeft alleen de eerste strofe, met een enkel verschil met de Hervormde Bundel. Het wordt daar met 2 verschillende bewerkingen van een melodie van [[Johann Heoinrich Böhner]] (''Komm, lass uns Jesum sterben sehen'') weergegeven. | ||
==Opname beluisteren== | ==Opname beluisteren== | ||
Regel 87: | Regel 91: | ||
===Muziekuitgaven=== | ===Muziekuitgaven=== | ||
− | {{Zie artikel|Zie [[ | + | {{Zie artikel|Zie [[Mijn ziel, waartoe dit angstig vrezen (melodie)]] voor een overzicht van alle (orgel)literatuur en koorbewerkingen van deze melodie.}} |
==Hymnologische informatie== | ==Hymnologische informatie== |
Huidige versie van 17 mrt 2024 om 20:04
Mogelijk staat het wel in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Waartoe toch al dat angstig schromen | |
Genre | Strofelied |
Herkomst | |
Titel | Een gezang over de noodzakelijkheid des geloofs |
Taal | Nederlands |
Land | Nederland |
Periode | vroeg 19 e eeuw |
Tekst | |
Dichter | Rhijnvis Feith |
Muziek | |
Componist | Johann Heinrich Böhner (b) |
Melodie | Komm, lass uns Jesum sterben sehen |
Herkomst | Evangelische Gezangen 1806 |
Liedbundels | |
Hervormde Bundel 1938 160 | |
Evangelische Gezangen 54 | |
Geestelijke Liederenschat 1935 53 |
Waartoe toch al dat angstig schromen? is een lied geschreven door Rhijnvis Feith (1753-1824) en in eerste instantie al flink bewerkt door de redactie van de Evangelische Gezangen van 1806. Het kreeg daar een 'eigene zangwijze'. De componist is onbekend.
Voor de Hervormde Bundel 1938 is de tekst opnieuw 'zeer gewijzigd' en twee verzen ingekort. In het Liedboek voor de kerken bleven het eerste en laatste couplet over in een nieuwe bewerking met als beginregel Mijn ziel, waartoe dit angstig vrezen (450).
De Geestrelijke Liederenschat 1935 heeft alleen de eerste strofe, met een enkel verschil met de Hervormde Bundel. Het wordt daar met 2 verschillende bewerkingen van een melodie van Johann Heoinrich Böhner (Komm, lass uns Jesum sterben sehen) weergegeven.
Inhoud
Opname beluisteren
Tekst
Ontstaan
Inhoud
Tekst Evangelische Gezangen 1806 (54):
1 Waar toe toch al dat angstig schroomen?
Komt twijfelzucht ons ooit te sta’?
Wie moet niet als een zondaar komen,
Niet enkel leven door gena’?
O zalig hij, die, uit zijn nooden
Tot Jezus en zijn heil gevloden,
Daar dankbre liefdetranen schreit!
Op ’t woord des Vaders te vertrouwen,
En door ’t geloof den Zoon t’ aanschouwen
Is hier de weg tot heiligheid.
2 Geen heiligheid wordt hier gevonden,
Die niet op dezen wortel groeit;
Hier aan is alle deugd verbonden,
Die immer voor den hemel bloeit.
Vergeefs is al het moedloos duchten,
Vergeefs ’t wanhopig kermen, zuchten,
Niets buiten Jezus heelt de smart;
De vrees van een geprangd geweten
Moog naar Gods wet uw daden meten,
’t Geloof alleen vertroost het hart.
3 ’t Geloof, ja, leert ons heilig leven,
Daar ’t pligt uit dankbaarheid betracht,
Maar ’t werken kan die rust niet geven,
Waar naar de ziel zoo hijgend smacht.
Hoe diep g’ uw schuld voor God moogt voelen,
De zonde zal steeds feller woelen,
Zoo lang gij niet op Jezus ziet.
Rigt, waar g’ ook henen wilt, uw gangen,
Als zondaar moet gij gunst ontvangen,
Uw eigen deugd verdient die niet.
4 Ach! zal dit booze vleesch nog woelen,
Wanneer mijn laatste stond genaakt,
En zal ik stervend nog gevoelen,
Dat zonde mij ellendig maakt!
Maar, o mijn Vader! wat moog wijken,
Uw vast verbond zal niet bezwijken,
Uw eed wordt nooit van kracht beroofd,
Uw Zoon voldeed aan uw bevelen,
Volbragt uw wet in al haar deelen;
En ik, ik heb in Hem geloofd.
5 O Gij, die onze schuld woudt boeten
Door uwe gadelooze pijn,
O Heiland! leer mij aan uw voeten
In eigen oog een zondaar zijn.
Met al mijn deugd, bij al mijn werken,
Vind ik geen’ troost, die mij kan sterken,
Geen hoop, dan die ik op U bouw:
Op uw genade zal ik leven,
Op uw gena’ den doodsnik geven,
O Heer! aan wien ik mij vertrouw.
Muziek
Zettingen
Bewerkingen om te zingen
Bewerkingen om te spelen
Muziekuitgaven
Zie Mijn ziel, waartoe dit angstig vrezen (melodie) voor een overzicht van alle (orgel)literatuur en koorbewerkingen van deze melodie.
Hymnologische informatie
Culturele informatie
Literatuur
A.W. Bronsveld, De Evangelische Gezangen, verzameld in de jaren 1803-1805, en in gebruik bij de Nederlandsche Hervormde Kerk. Historisch-letterkundig onderzoek, Utrecht: Kemink en Zoon, 1917, 242-244.
Externe links
Voetnoten
Dit artikel is helaas nog slechts een beginnetje. Kerkliedwiki nodigt u uit uw kennis te delen door het artikel te verbeteren. |